dinsdag 20 januari 2015

Hoe bepaal je de omtrek?

De omtrek zijn de lijnen die gezamenlijk een vlak maken, het word ook wel de buitenlijn genoemd.

Er is een onderscheid te maken in verschillende vormen vlakken:

De basis vormen zijn:
Driehoek, rechthoek, vierkant en cirkel.

Hier heb je ook weer varianten in, er word dan gekeken naar:
- gelijke zijden
- symmetrie
- de 90 graden hoeken

Om de omtrek te bepalen kan je de volgende formules gebruiken:
Omtrek rechthoek = (lengte x breedte) x 2
Omtrek vierkant/ruit = zijde x 4
Omtrek cirkel = π x diameter of π x 2 x straal
Omtrek driehoek en overige vormen = alle zijden bij elkaar op tellen.
            

Geen opmerkingen:

Een reactie posten